Reisverslag 27

Plaats: Constanta - Bulgarije - Bosporus

Datum: 14 t/m 21 augustus

14 augustus

We worden wakker als er een behoorlijke wind uit het westen waait, welke binnen een kwartier doordraait naar het noordwesten en nog meer begint aan te halen. We brengen dus ook nog lijnen uit naar de andere kant als gisteravond (we liggen met de neus naar het westen aan een boei, en de kont naar de wal).
Ook is er in de nacht een rode (stof)waas over de boot neergestreken die Hanny vertwijfeld naar het hoofd doet grijpen, waarom hebben we gisteren de boot zo mooi schoon gemaakt!!
Er komt een pittige onweersbui over ons heen als ik dit schrijf. Een plaatselijke zeiler belooft ons echter mooi weer na deze bui met noordwestelijke winden, die weer perfect is om verder te zeilen.

15 augustus

In de ochtend i.v.m. Santa Maria allerlei demonstraties gezien van de Marine, met straaljagers en helikopters, parachutespringers en allerlei andere stunten.
Het waait behoorlijk, maar wel weer uit de goede richting om naar Turkije te varen.
We willen nog een paar havens in Bulgarije aandoen, en dan uiterlijk zondag 22 augustus in Ataköy Marina bij Istanbul te zijn om Mark en Jetta te verwelkomen.
De halve bevolking van Constanta wil voor en liefst in onze boten gefotografeerd worden, het is af en aan lopen hier. De meesten vragen het vriendelijk en we maken er geen probleem van.
We maken nog een wandeling in de stad, en dan zie je toch een wereld van uitersten. Ook bezoeken we het “natuurhistorisch” museum. Het gebouw is prachtig, maar binnen toch heel summier. Het lijkt wel of er bijna geen historie is. Een paar opgegraven potten, menselijke resten en wapens. Van de latere tijd worden er bijna alleen maar grote gekopieerde krantenknipsels getoond. Toch gek, want dit land moet toch wel veel meer hebben. Zal misschien allemaal in verkeerde handen gekomen zijn. Er is een redelijk geplaveide winkelstraat, er lopen een paar geasfalteerde straten door en de rest is een grote puinhoop, lemen wegen, grote gaten overal in de wegen en veel, erg veel verwaarloosde huizen, die veelal eens best de moeite waard waren. De belastinggelden verdwijnen naar verkeerde dingen lijkt ons. We eten aan boord, want het is niet lekker de boten met zoveel mensen op de kade onbeheerd te laten. De Barina lag even verderop, en door opklimmende zwemmers was hun vlaggenstokhouder afgebroken, en een dwarsbalk van de zonnetent geknapt.
Er is een groot podium aan het begin van de haven waar rock bands hun best doen en de avond wordt afgerond met een aardig vuurwerk, al kunnen ze dat in Sneek beter.

16 augustus

Om 6 uur op, het waait lekker uit het noorden dus dan kunnen we lekker opschieten.
De douane en de havenmeester waren er op tijd, dus om 7.30 de trossen los.
In de haven de zeilen gehesen, zeil 2x rif en de rolfok 2/3 uit. Het gaat heerlijk, al beweegt het wel wat natuurlijk bij 19 kn. wind en golven van ca. 1 m.
Als we de pier van Constanta voorbij zijn besluit ik om de reven uit het grootzeil te halen en de fok uit te rollen. We lopen dik 7 kn. en het gaat heerlijk. Het wordt allengs warmer.
Ik vaar een paar mijl naar buiten, omdat ik verwacht dat het daar op dieper water rustiger is.
De dieptemeter gaat naar 59 meter, en de wind trekt iets aan naar 22 kn., we varen als de rook. Op een gegeven moment zie ik de GPS 12,6 kn. aangeven als we van een golf af surfen, die inmiddels toch meer dan 2,5 m. hoogte hebben gekregen, met een enkele uitschieter naar ca. 5 m. Slechts een keer zie ik een golf niet aankomen, en die kletst over de zijkant wat water in de kuip, maar dat droogt snel bij deze temperaturen. Ik trek tenminste de trui maar weer uit. Wel hebben we zwemvesten en lifeline aan. Als de wind nog wat aantrekt en af en toe de 25 kn aantipt besluit ik weer te reven. Dit ging uiterst gemakkelijk, boot iets hoger dan halve wind en dan het eenlijnsreefsysteem maar aanhalen. Ik trek direct ook het tweede rif er in, en rol de fok iets in. De wind blijft ca. 25 a 26 kn. waaien, maar met een enkele uitschieter naar 28 kn. We dansen over de Zwarte Zee. We blijven hopen op dolfijnen, maar vandaag is het weer niets.
Hanny is wat katterig (“zeeziekerig”), maar ze houdt zich prima en draait ook regelmatig even aan de lieren.
Op een gegeven moment kreeg ze zelfs weer praatjes, en was de katterigheid verdwenen. We passeerden een hoog klif, waartegen de golven opsloegen. Opeens zei ze lachend: “in Spanje vorig jaar bij zulk weer en net zulke golven zei mammie nog tegen me: als het zulk weer is, zeilen jullie zeker niet uit. Toen zei ik nog: nee natuurlijk niet!”
We varen naar Balchik in Bulgarije, we komen daar om 17.00 uur aan en melden ons bij de instanties vooraan in de haven. We moeten aan boord blijven tot iedereen geweest is.
De Douanier gaat met onze paspoorten weg en komt na een half uur met stempels erin terug. Wij hebben dan de havenmeester aan boord, die ons vertelt dat we een paspartout voor Bulgarije kunnen kopen voor $ 20,- , dan hoeven we maar een keer $ 50,- (toeristenbelasting) te betalen, anders moeten we in iedere haven $ 50,- betalen.
Hij wil ook onze eigendomspapieren mee van de boot, maar na behoorlijk aandringen neemt hij genoegen met een kopie.
Als de formaliteiten zijn vervuld gaan we naar de jachthaven aan de andere kant van de haven, waar we tussen andere jachten van redelijke afmetingen een plaatsje aangewezen krijgen.
Er is hier niet veel ruimte, maar met enig verleggen is er een plaats waar wij met onze breedte inpassen, aan een ankerlijn naar achteren en met de neus naar de wal.
De mensen zijn hier uiterst vriendelijk en het plaatsje is zondermeer aardig, wel behoorlijk toeristisch. Het aantal restaurants is hier niet te tellen, en we eten op aanbeveling van een andere zeiler in een ervan een lekker stukje gegrild vlees en drinken heerlijke Bulgaarse rode wijn, waarna we vroeg te kooi gaan na een heerlijke dag zeilen.

17 augustus 

Het waait nog behoorlijk en het is zwaar bewolkt, een dag om uit te slapen. Ik moest nog even naar onze havenmeester voor wat stempels en om het paspartout af te rekenen.
Terug aan boord heeft Hanny het ontbijt klaar en later op de dag maken we kennis met een Deens echtpaar wat we al eerder in Passau hadden gezien. Zij varen met een oude authentieke houten motorboot de “Fröke Meyer” ook naar de Middellandse Zee. We krijgen bij hen aan boord knoflookbrood en tomaatjes en heerlijke witte wijn, wat we als lunch rekenen. Gezellige mensen, die niet meer hoeven te werken. Hij is journalist, en zij is professioneel kunstenaar en maakt ceramiek en ze schildert. Hun boot heeft rot bij de roerkoning en het dek lekt hier en daar. Ze willen e.e.a. in Turkije laten repareren.
Na een siësta gaan we het dorp verkennen en doen wat inkopen. Het is een aardig dorp, met veel kleine winkeltjes, waar vaak naast kleding ook bijvoorbeeld drank of zoete broodjes te koop zijn. Als we terug lopen komen we de Denen weer tegen met een Bulgaarse kennis van hen en zij nodigen ons uit mee te gaan eten ergens verder de berg op.
We stappen bij onze Bulgaarse vriend die redelijk Duits spreekt in zijn mercedes en belanden in een klein restaurantje waar we met behulp van onze Pavel iets uitzoeken, maar dat blijkt allemaal niet voorradig te zijn. We nemen dan maar wat wel voorradig is, Hanny een mixed grill, en ik kip met rijst en saus, en dat smaakt uitstekend. De rekening is het absolute laagterecord voor ons, voor 5 personen minder dan € 25,-. (incl. gin-tonics, biertjes, fris, en heerlijke salades vooraf)
We gaan weer terug naar het dorp, waar we nog koffie met taart nemen in een leuke bar (op jou, Daan). Aan boord nemen we met de Denen nog een afzakkertje en na Daan gebeld te hebben voor zijn verjaardag om 12.15 uur Bulgaarse tijd (we hielden het niet vol om nog een uur wakker te blijven), gaan we weer te kooi.

18 augustus

DAAN, VAN HARTE GEFELICITEERD, HANNY’S KERSENTAART HOU JE NOG TEGOED.

Ik wilde om 7 uur op, maar het was 8 uur voor ik de ogen open deed. We willen weer een aardig eind zeilen en de wind is gunstig, dus maar doorpakken.
Officieel moet je je melden bij de havenmeester voor een uitvaarttoestemming als je weggaat, maar die is nergens te bekennen en ik besluit de zeilen te hijsen en uit te varen.
Het is fantastisch zeilweer, windkracht 3 a 4 uit het noordwesten, nagenoeg halve wind en de Alegria heeft er weer zin in. We lopen met dik 7 kn. over de Zwarte Zee. Na 3 uur zeilen flauwt de wind wat af en zetten we de halfwinder. Om 13.00 uur is de wind zo zwak dat we nog 2,5 kn. maken, en dan komen we middernacht aan op onze bestemming Nesebar. En dat is de bedoeling niet, dus de motor er maar bij. Na nog een uurtje motoren komt de wind pal van voren en besluit ik alle zeilen maar weg te nemen.
Ze bestaan, eerst zie ik er een, dan 2, maar uiteindelijk springen 6 dolfijnen simultaan aan SB als een soort groet en weg zijn ze weer, net voor ik de camera klaar heb. De volgende keer beter, maar het is een fantastisch gezicht ze voorbij te zien schieten.
Er loopt nog een lange golf uit het Noordoosten die nu door de kortere golven uit het zuiden bestegen wordt, en wij hobbelen lustig mee.
Om 17.30 lopen we Nesebar binnen, zo op het eerste gezicht een zeer gezellige haven met redelijk veel zeiljachten, en een aantal grote Turkse schepen die voor dagcharter worden gebruikt.
We worden ook allervriendelijkst ontvangen, mensen staan klaar om een lijn aan te nemen, houden er een fender tussen als het nodig is. We leggen aan bij een van de charterschepen waar de kok bezig is de lunch van de volgende dag voor te bereiden. Er liggen allemaal mooie makrelen en kip aan dek die hij schoonmaakt, kruidt, etc. al met al is hij daar enige uren mee bezig.
Wij gaan het dorpje in, en dat is toch wel “huilen met de pet op”. Een fraai authentiek dorpje op een schiereiland is veranderd in Volendam in het kwadraat, het ene freubel winkeltje na het andere, goud, zilver, hoedjes, allerhande souvenirs, haakwerkjes, nep merkkleding, etc. en veel, heel veel restaurantjes. Hiervan kiezen we er een uit, waar we niet zo goed te eten krijgen en wel 2 x zoveel af moeten rekenen als de vorige avond.
In de straatjes is het erg druk, mensen worden met busladingen aan de rand van het dorp gedropt. Het straatbeeld wordt ook bepaald door dure auto’s, Audi A8, Mercedes Cabrio, etc. Er wordt hier blijkbaar goed verdiend.
Teruglopend naar de haven hebben we zicht op een pretpark aan de vaste wal en als we aan boord stappen begint een disco loei-harde muziek over ons uit te blèren wat tot 04.00 uur duurt. Jammer allemaal, de entree van Nesebar was zo mooi.

19 augustus

Rustig opgestaan, door de buren getrakteerd op een kopje nescafe en we mogen hun boot even bekijken, het is een 24 jaar oud “Turks Jacht” zoals zij dat noemen. Onderdeks zijn 4 hutten en een keuken. Ze nemen 40 passagiers mee voor een dagtocht incl. lunch van ca. 5 uur.
Wij vertrekken om naar Bourgas te varen en daar uit te klaren uit Bulgarije.
Het is heerlijk weer, we zeilen op de fok en uiteindelijk gaan we naar Otmanli, een leuk plaatsje recht tegenover Bourgas, waar we heerlijk zwemmen en luieren.
We bieden wat zwemmers die aan het mosselvissen zijn en verlekkerd naar de Alegria kijken, een drankje aan. Hij is een oud kapitein op de grote vaart, ook wel in Nederland geweest en spreekt engels en zij heeft familie in Essen NL wonen en spreekt goed Duits. Wij krijgen van hen wat mosselen die ze uit de haven vissen, die we ’s avonds koken. Heerlijk, verser kan niet. Niet vergeten te vermelden dat het me 1 uur schoonmaken en de halve duimnagel (van het krabben) heeft gekost.
Morgenvroeg uitklaren in Bourgas en dan naar Igneada, de eerste haven in Turkije, ca 45 mijl varen.

20 augustus

We varen om 7.15 richting Bourgas en om goed 8 uur liggen we in de haven.
We treffen het niet, want er wordt net wacht gewisseld. De mosselvisser van gister werkt hier op een SAR schip als kapitein, een oudere boot, die voornamelijk wordt gebruikt voor de begeleiding bij zeilwedstrijden van ¼ tonners.
Het uitklaren duurt een eeuwigheid, van het ene loket naar het andere en weer terug. Na 2 uur kunnen we los en gaan we de zee op. Het waait lekker en we varen onder vol tuig een paar uurtjes richting Igneada op een kalme zee, de wind is aflandig. We komen een enkele visser tegen en langs de kust passeren we het ene na het andere strand met keurig in rijen opgestelde parasols. Achter de stranden staan gigantische hotels, soms van Las Vegas aandoende architectuur. Het toerisme is hier een grote bron van inkomen. De kust is hier bijzonder mooi, baaien, stranden en rotsachtige baaien. De baaien zijn niet geschikt om te overnachten, aangezien ze open naar de zee zijn en erg ondiep maar voor dagrecreatie zijn ze uitstekend, er ligt dan ook menig dagbootje voor anker.
De wind gaat liggen, en wat er komt, komt uit het zuiden pal op de kop, dus zeilen weg en de motor maar weer gestart. Jammer, maar lekker in de zon gelegen (en weer behoorlijk bijgebruind), gelezen, etc.
Om 19.00 lopen we Igneada binnen, de eerste Turkse haven vanuit het Noorden.
We leggen aan langszij een vissersbootje, en krijgen allereerst, allebei een koekje aangeboden. Wat een vriendelijke ontvangst.  We kunnen met de visser niet communiceren, hij verstaat alleen maar Turks. En dat spreken we nog niet. Maar de zoon brengt ons wel naar de havenmeester. Die wil ons niet te woord staan, want het is avond en hij stuurt ons door naar een marineboot die in de haven ligt, waar we van een engels sprekende man te horen krijgen dat we niet in kunnen klaren en aan boord moeten blijven. Ook weer jammer, want vanaf onze ankerplek kunnen we het fraaie restaurantje zien liggen tegen de berg.
We gaan hierop voor anker naast een fraai 48 ft Nigel ontwerp van een Engelsman die al 22 jaar over de wereld zeeën had gezworven, en nu rond de Zwarte Zee aan het touren is, ook weer op weg naar Turkije. Hij was niet erg te spreken over zijn rondtrip, was zelfs in Georgie gearresteerd op zee, en had veel problemen met de autoriteiten gehad. Hij was wel het e.e.a. gewend, want hij was in o.a. in Azie, en  Afrika geweest, maar het hoorde er allemaal bij volgens hem.

21 augustus

Wekker op 6.15 uur, en om 6.30 de trossen los richting Istanbul, we zitten terwijl ik dit typ op een kalme Zwarte Zee met vrijwel geen wind, dus de automatische piloot doet zijn werk. We zijn in 4 uur geen enkel schip tegen gekomen. Wel hebben we even stilgelegen, en heerlijk gezwommen. Het water is hier 78 meter diep!  Heerlijk van temperatuur, helder en azuurblauw. En geen land te zien! En jammer genoeg ook geen dolfijnen. !

Wordt vervolgd

 

Vorige Reisverslag  Naar Menu  Volgende Reisverslag