12 en 13 juni 2004

 

12 juni

Deze dag zijn we van Hammerstein naar St. Goar gevaren. Om 7.15 uur vertrokken.

Het wordt steeds heuvelachtiger aan de Rijnoevers, vele mooie oevers, kastelen, etc.

De motor doet het geweldig, hij zoemt heel mooi, al moet hij er wel aan trekken, 3000 toeren houden we nu aan en dan loopt hij ca. 9.6 kn. door het water. Over de grond is het gemiddeld ca. 9 km. (overal aan de oever staan kilometerborden, zodat je de voortgang goed bij kunt houden) De Magellan GPS heeft het begeven, zodat we naar beneden moeten als we de GPS snelheid willen meten. Kees zal de GPS meenemen en naar Rimare sturen voor reparatie, dan kunnen de jongens hem weer meenemen voor we groot water op gaan.

De scheepvaart valt me mee, we gaan bijna net zo snel als de meeste vrachtschepen, en als ze ons oplopen probeer ik op de hekgolven mee te surfen, dit scheelt toch weer iets en houdt het varen levendig.

Ik heb al eerder verteld dat we veel binnenbochten nemen om zo weinig mogelijk stroom tegen te hebben, de vrachtvaarders doen dit ook en tonen dan een blauw bord met een knipperlicht, zodat tegenliggers weten wat ze doen.

De waterleiding blijft een probleem, als we de pomp aan laten staan, dan blaast hij op enig moment de warmwaterleiding van de boiler. Ik moet op zoek naar betere slangtules en slang, wellicht is het overdruk ventiel niet in orde, wordt vervolgt.

 

In de buurt van St. Goar aangekomen zien we een haven waar we binnenlopen, net op dit moment komt er een geweldige bui naar beneden zodat we flink nat worden, ook een van de havengasten die ons helpt te landen wordt ...nat.

Na de bui over te hebben laten gaan zou ik ons aanmelden bij het havenkantoor, maar zover kwam ik niet, want er liep een motorboot binnen met aandrijvingproblemen veroorzaakt door zo later bleek een groot touw wat in de schroef was geslagen. Of ik een duikbril bij me had, en natuurlijk had ik die, (gekregen van de meiden na onze vakantie vorig jaar naar Engeland) en de man was er zeer gelukkig mee, dat scheeld “die Welt” zoals hij het uitdrukte. Ook een groot mes wat ik aan boord heb om in spannende momenten lijnen door te kunnen snijden bracht uitkomst. Ondertussen kwam de dame des boots de gehele steiger van cola-dubbeltik voorzien en werd het een gezellige boel. Het bleek dat wij hier niet konden tanken, maar wel 2,5 km. verderop in de jachthaven van St. Goar, dus wij zijn weer verder gegaan om voor 16.00 uur te kunnen tanken. Ook deze haven zag er zeer goed verzorgt uit, met behulpzame mensen. ’s Avonds in de club bar bleek dat er veel boten liggen die ook gedurende langere tijd in Nederlandse wateren hebben gevaren, ook was er een Rijnschipper bij, waarmee Kees nog een en ander kon bijpraten. Ze waarschuwden ons verder naar boven niet buiten de betonning te gaan, aangezien er gemene rotsen zitten, die vorig jaar bij de droge periode  allemaal zichtbaar waren. Dit terwijl we juist hierdoor goede voortgang hadden kunnen maken tot nu toe.

Tijdens een wandeling trof Kees nog kennissen uit Zwolle, die op de camping stonden, en stom toevallig ook een wandeling aan het maken waren.

Tijdens de wandeling zijn we ook naar de seinborden gegaan die aangeven wat er naar beneden komt; als er een driehoek zichtbaar is betekend dat dat er schepen of duwcombinaties van meer dan 110 m. naar beneden komen, als er een schuine streep aan de linkerkant van de driehoek zichtbaar is dan komt er een kleinere boot naar beneden, zijn de twee zijkanten zichtbaar dan is het een boot tot 110 m. is er een liggende streep zichtbaar, dan komt er niets aan.

 

 

13 juni

 

Eerst gedouched, vers brood gehaald, ontbeten en om 8.45 weer de touwen los. De waarschuwing van de heren in de bar bleek niet voor niets, want al onder St.Goar

Liepen we op een stuk waar Kees en ik van te voren tegen elkaar zeiden dat het hier wel moest kunnen toch opeens vast in het grind, snel het roer om en na enig schuren van de kiel weer de reis vervolgd. Nu uiteraard verder tussen de boeien. Direct na St. Goar ga je langs de Loreley, een zeer bochtig vrij nauw stuk, waar de stroom opliep tot 6 kn. we komen er met onze 9.6 kn. probleemloos doorheen. De omgeving wordt steeds mooier, meer en meer kastelen van ongekende schoonheid, een groen bergachtig landschap, allemaal heel mooi om eens over het water te beleven.

De sterkste stroom beleven we als we naast Bingen zijn, hier stroomt het 7 kn. De snelle stroom ligt vast ook aan de vele regen die de afgelopen dagen in het zuiden gevallen is.

Het weer is redelijk, het is droog, er staat een pittige wind van achteren en af en toe laat de zon een glimp zien.

Tussen Bingen en Mainz is de Rijn een uitwaaiering van diverse takken, waar ook veel bootjes recreëren, een erg mooi gebied om te varen. De bomen staan vanwege het hoge water veelal met de voeten in het water, en je ziet her en der zichtbaar verval van decimeters met watertjes naast de hoofdstroom en achter kribben. Je hebt ook letterlijk het idee tegen de berg op te varen.

Om 15.00 uur lopen we Schierstein binnen, waar we een zeer moderne haven aantreffen met alle mogelijke voorzieningen.